Salix cinerea

Informatie over Salix cinerea

Salix cinerea is van grote ecologische waarde: het is een voedselplant voor diverse vlinders, waaronder de paarse keizervlinder. Tevens is het een voortreffelijke drachtplant. De katjes vormen een belangrijke bron van stuifmeel en nectar voor bijen maar ook voor andere insecten, ook vogels vinden in de heester vaak hun voedsel in de vorm van rupsen en insecten. Deze dicht vertakte struik onderscheidt zich vooral door zijn ronde vorm; de krachtige in bogen opwaarts groeiende takken vormen een halfronde kroon die met toenemende leeftijd meer uitspreidt. Gewoonlijk bereikt hij een volwassen hoogte van circa 3-5 meter. Zijn volwassen breedte is eveneens zo’n 3-5 meter.

Gewasgroep en herkomst

Salix cinerea, in Nederland ook wel bekend als de grauwe wilg of de rossige wilg, is een snelgroeiende heester die behoort tot de familie van Salicaceae (de wilgenfamilie). De Salix cinerea vindt zijn oorsprong in Europa, Iran en Siberië en groeit overvloedig bij meren in laagvlaktes.

Plantkenmerken

Een van de kenmerken van Salix cinerea  is de aanwezigheid van houtige richels onder de schors. De jonge twijgen zijn grijsgroen en de eerste twee jaar grijsviltig behaard. De bladeren zijn elliptisch tot omgekeerd eirond. De half hartvormige steunblaadjes blijven het gehele seizoen aan de bladvoet aanwezig. De Salix cinerea is niet wintergroen, het blad kleurt geel in de herfst. Zijn bloeiperiode is maart-april. Nog vóór het uitlopen van het blad rijpen de lange grijze lange katjes. De heester stelt weinig eisen aan de bodem en geeft de voorkeur aan een zonnige standplaats. Hij is extreem winterhard (zone 2) en weinig windgevoelig.

Toepassing en nazorg

De Salix cinerea doorstaat langdurige overstromingen en is daarom zeer geschikt als oeverbeplanting voor versteviging van oevers. De beste snoeiperiode is maart-april.